3e reis: Mazar-I-Sharif. Dagtochtjes naar Gazni en Istalief

Na een dagje Kabul waar ik me liet verwennen in het mooie Intercontinental Hotel en we Afghaanse jurken pasten en bestelden vertrokken we op 3 november in een gehuurde lichtblauwe Wolga naar het Noorden via de Salangpas (waar al sneeuw lag). Ditmaal ging de oudste dochter des huizes mee, wat interessante gesprekken met de thee drinkende Afghanen in de tchaikhana’s opleverde. Onze combinatie van 4 vrouwen en 1 man bleek hen te intrigeren en wij konden eindelijk via haar onze vragen aan hen stellen over hun leven en gewoonten. Gelogeerd in Kulm dat 2 jaar daarvoor zwaar beschadigd was door een aardbeving. Doordat het had geregend was het een grote moddertroep; arme mensen die hier wonen.

De volgende dag weer een modderdag; uiteindelijk in een zeer zonnig Mazar-I-Sharif aangekomen waar we onze intrek namen in het Yourt Hotel. S. en ik onmiddellijk naar de prachtige blauwe moskee.

De blauwe moskee

Indrukwekkend om nu voor dat beroemde gebouw te staan…

Op 5 november via Agca, waar het helaas geen marktdag was maar waar ik wel een antiek doosje heb gekocht, naar Balkh gereden. Jammer genoeg was er niet veel meer over van de oude grandeur op een moskee, oude muren en de mooie graftombe van Rabia’a Balkhi, een beroemde dichteres uit de 10e eeuw, na. Het verhaal gaat dat Alexander de Grote hier met Roxanne is getrouwd. Weer gelogeerd in het Yourt Hotel in Mazar, waar we een groep van Afghantour aantroffen die per bus uit Herat was gekomen ipv per vliegtuig, aangezien dat vanwege de weersomstandigheden niet uit Mazar had kunnen vertrekken. Dat was slecht nieuws: onze kans om over 2 dagen zelf naar Herat te vliegen (zoals het plan was) wordt steeds kleiner, vooral omdat het ’s nachts weer erg regende …. En ja, de volgende dag blijkt het inderdaad onmogelijk, zodat wij in een ruk weer terugkeerden naar Kabul. Jammer van Herat.

7 november: wij gevieren de stad in, maar snel gesplitst: S. en ik naar een reisbureau omdat we hadden besloten een dagje naar Gazni te gaan (ten Z.O. van Kabul gelegen). Dat gaf nog enige problemen: we wilden daarom onze gastheer opbellen, maar een telefoonboek was alleen in het postkantoor te vinden en dat bleek (uiteraard) in het Farsi (de officiële taal van Afghanistan) te zijn. Met enige hulp nummer gevonden, maar toen werden onze Afghani opgeslokt in de telefooncel. Maar Afghanen zijn bijzonder behulpzaam en gelukkig was daar een aardig gidsje van Afghantour dat ons veel nuttige inlichtingen gaf en ons nog voor de lunch uitnodigde ook. Wij gingen echter maar weer naar het beproefde Kabul Hotel voor een heerlijke warme lunch.

De volgende dag in een collectieve taxi (de 3 dames op 4 plaatsen achterin) in 2 u naar Gazni. We wilden de citadel beklimmen, maar werden door jongetjes en militairen (waarvan er veel rondliepen) teruggewezen. Toen met een paardentaxi (de koetsiers boden tegen elkaar op) op zoek naar het museum, hoewel dat op lunchtijd wel dicht zou zijn. Was ook zo, maar voor ons werd het geopend en het bleek zeer de moeite waard. Toen naar een paleis uit ca 1100 en een minaret. De andere was weer verboden terrein, omdat militairen daar aan het oefenen waren (paf,paf,paf zeiden ze ter verduidelijking).

Onze koetsier

Onze koetsier was heel blij met ons en praatte honderduit, wat wij uiteraard niet verstonden. Onze reisgenoot G. had foto’s genomen met zijn polaroidcamera, die bij terugkeer op het “parkeerterrein” aan alle collega-koetsiers werden getoond en voor zeer veel opwinding zorgden. Ontroerend schouwspel.

9 november: ieder heeft zo zijn eigen plannen: onze gastvrouw en M.J. willen op stap, S. heeft haar eigen besognes, ik wil graag naar Istalief en G. heeft genoeg van sightseeën. Inmiddels is het prachtig weer geworden na alle wolken van de laatste dagen! Ik begin vast koffers te pakken en later regelt onze gastheer een taxi en besluit G. toch maar met me mee te gaan naar Istalief, dat een heel pittoresk dorpje blijkt tegen de bergen aan gelegen tussen groene, gele en rode bomen.

Vrouwen in burka

Met het laatste geld ($, traveller’s cheques en de laatste Afghani, want die moeten worden opgemaakt) nog op de valreep een tapijtje gekocht! ’s Avonds verder in de weer met papieren en bagage.

10 november: dag van vertrek. Eerst vertrekt S. naar Kandahar (zij en M.J. blijven nog een week in Afghanistan), G. en ik vertrekken (definitief) om 9.30u. Warm afscheid van alle huisgenoten; snik, snik, we waren ons er zeer thuis gaan voelen … Op het vliegveld alle bagage grondig gecontroleerd; ik had fiks overgewicht, maar alles kon mee. Om 11.30u vertrek en bij opstijgen prachtig gezicht op het nu voor ons zeer bekende Kabul en later op de Hindu Kush met zijn besneeuwde toppen. Na 1 ½ u geland in Tasjkent, waar we weer langs alle loketten moesten, maar nu waren we voorbereid… Naast mij in het vliegtuig zat een Duitse jongen een artikel in Newsweek over terrorisme te lezen…. Ik heb het geleend en al lezende was ik snel in Moskou, waar we om 16.45u arriveerden (1 1/2u tijdsverschil). Weer pas en ticket ingenomen; er blijken 6 passagiers voor Parijs te zijn – onder wie de Directeur van de opgravingen in Ai Khanoum – die een nachtje in Moskou moeten overblijven. Om ong. 18.30 per bus, maar zonder pas, ticket en bagage, naar Hotel Aeroflot gebracht. Spannend om door Moskou te rijden: brede boulevards, grote gebouwen; wel een overgang na Kabul. Het is 5 graden. In het hotel moesten alle gasten zonder paspoort naar de 5e etage waar ik werd ingekwartierd met een Duits meisje. Daarna heeft het zestal gezamenlijk een hapje gegeten in het hotel, waar we angstvallig werden bewaakt.

De volgende ochtend zonder ontbijt naar het vliegveld waar alle bagage moest worden geïdentificeerd. Gelukkig was alles er nog. Daarna ontbijt en … wachten op paspoort voor dicht loket terwijl het vliegtuig al werd omgeroepen. Eindelijk verscheen er iemand die ons de passen gaf en ons boos (omdat we zo laat waren!!!) naar de security check stuurde. Wij als laatsten de bus in. Om 11.40u in Orly-Sud geland, waar ik afscheid van G. nam en met een taxi naar het Gare du Nord ging. En daar stond ik met 6 stuks bagage, de chauffeur stak geen poot uit om een karretje te zoeken. Welkom in Parijs! Wat een verschil met die vriendelijke Afghanen…. Enfin, ik redde me; kocht een kaartje, een Herald Tribune voor het wereldnieuws en een sandwich plus sapje, wisselde geld, belde op naar Nederland (telefoneren in een Parijse telefooncel vereist enige vaardigheid en uiteraard Frans geld) om afgehaald te worden en installeerde me om 14.30u in de trein naar Rotterdam…..